Hoe een sprinter de bergetappes in een Grand Tour overleeft
Profwielrenners krijgen in de Grand Tours te maken met een mix van alle disciplines. Om kans te maken op de eindzege moet je een echte allrounder zijn. Maar er zijn renners die gespecialiseerd zijn in slechts één discipline, zoals sprinters. Aangezien de sprintetappes over 21 etappes zijn verspreid, moeten zij vaak eerst de zware bergetappes overleven om de volgende sprintkans te krijgen. Caleb Ewan, een van de sprintkanonnen onder de huidige sprinters, legt uit wat daarvoor nodig is en hoe moeilijk dat kan zijn.
Caleb zit in het professionele team Lotto Soudal en heeft een killer instinct op het gebied van sprinten. Als hij meedoet aan de race, is de kans groot dat hij op het podium zal eindigen. En waarschijnlijk ook nog op de hoogste plek. De Australiër is blij om in dit tijdperk sprinter te zijn: “We hebben tegenwoordig zoveel diepte in het sprinten. Er is geen sprake meer van één dominante sprinter zoals in sommige jaren het geval was. Nu weet niemand wie er gaat winnen; er zijn zoveel jongens die echt kunnen winnen. Het sprinten is op dit moment een van de spannendste periodes van de laatste 20 jaar. Het is fijn om daar deel van uit te maken.”
Gruwelen van de bergetappes
Ter voorbereiding op de Tour de France richt Ewan zich op alles. “Het moeilijkste voor sprinters, voor mij in ieder geval, is om fris aan een sprintetappe te beginnen en de hele Grand Tour door te komen. Sprinten is een onderdeel dat me van nature goed afgaat, dat is mijn talent, laten we maar zeggen. Maar voor de rest heb ik niet echt talent. Ik ben niet beter dan een normaal mens als het gaat om het beklimmen van een heuvel of om deze Grand Tour van drie weken door te komen. Om me te helpen daar doorheen te komen en qua conditie frisser te eindigen, hebben we ons dus daar meer op gericht. Zo kan ik uiteindelijk een goede eindsprint kan maken.”
De laatste etappe op de Champs-Elysées winnen is één ding, maar er geraken is iets anders. Er moeten veel akelige bergen worden bedwongen om de eindetappe in Parijs te bereiken. Daar komt nog bij dat alle renners binnen de dagelijkse tijdslimiet moeten finishen. Ewan is duidelijk over dat aspect van de Tour: “Ik haat het … hartgrondig. Het is verschrikkelijk. We moeten binnen 30 of 45 minuten na de beste klimmers ter wereld eindigen.” Ewan zucht en denkt even na over wat er komen gaat in de Tour. “Het is mentaal zo zwaar. Sprinters zijn erg competitief, en je kunt jezelf flink laten afzien als je voor de winst gaat. Maar om jezelf alleen maar te laten afzien om een etappe door te komen is mentaal erg zwaar. Op de dag zelf lijkt het bijna zinloos. Je zit veel achteraan in het peloton met een paar jongens. Soms ploeter je met maar twee of drie renners vol gas door de bergen gedurende vijf tot zes uur. De goede klimmers zien ook af, maar zij gaan voor de ritzege, voor een beloning. Wij zien gewoon af om door de etappe te komen. En na de etappe weet je dat je het morgen allemaal opnieuw moet doen.”
Worstelen in de grupetto
Idealiter sluiten de uitvallers zich bij elkaar aan in de grupetto. Dit is een grote groep renners achter het leidende peloton. Hier probeert iedereen elkaar over het algemeen te helpen om de etappe door te komen. Meestal vind je dezelfde renners in de grupetto, zoals de sprinters. Ze proberen elkaar altijd zoveel mogelijk te helpen, zelfs sprinters van de andere ploegen.
“Er zijn geen renners die bewust anderen achterop laten geraken of iets dergelijks,” legt Ewan uit. “Misschien heb jij een goede dag in de grupetto, maar andere sprinters niet, dus dan kun je hen helpen. Over een paar dagen ben jij het misschien die een slechte dag heeft en dan wil je dat zij jou ook helpen. Je kunt helpen door iets bemoedigends tegen ze te zeggen. Want soms als je helemaal achteraan rijdt, wil je gewoon stoppen. Dus ik help me graag als dat kan. Bovendien, als ik een sprintetappe win, wil ik winnen met iedereen erbij.”
Ewan hoopt dat hij sterk genoeg is om in de grupetto te blijven tijdens de bergetappes van de Tour van dit jaar. “Vorig jaar ben ik helaas al vroeg uitgevallen, maar twee jaar geleden deed ik het erg slecht in de Tour. Meestal raakte ik voor de grupetto de groep al kwijt, waardoor mijn team moest terugkomen om me te halen. Ik kan me voorstellen dat het voor hen ook heel moeilijk was omdat ze in de grupetto konden rijden. Maar uiteindelijk zijn ze er om mij te helpen en kan ik ze belonen met een paar ritzeges.”
Een beetje hulp van Garmin
Om er zeker van te zijn dat de sprinters nog wat energie over hebben voor een komende sprintetappe, zou je verwachten dat ze op de een of andere manier wat energie sparen tijdens de bergetappes. Maar de realiteit is anders. “Eerlijk gezegd is er niet veel dat mijn benen spaart. Net als tijdens de Tour van twee jaar geleden zat ik absoluut op de grens en lag ik er bijna uit. Het is als een race binnen een race, een race tegen de tijdslimiet. Sprinters zitten op elke klim op de limiet, je moet wel. Ook bergaf, omdat we al zoveel tijd verliezen. Pas in de laatste 10 of 15 kilometer weet je hoeveel tijd je nog hebt om de eindstreep te halen. Als je ruim binnen de tijdslimiet zit, kun jij je een beetje ontspannen. Maar dat weet je pas op het einde van de etappe, daarvoor is het zwaar.”
Om er zeker van te zijn dat hij het einde van een etappe haalt, gebruikt Ewan de vermogensgegevens op zijn Garmin Edge® om zijn limieten in de gaten te houden. “Als je bijvoorbeeld bezig bent met een klim van een uur en je ontwikkelt 350 watt dat je gedurende een uur weet vast te houden, dan weet je dat je in dit tempo kunt klimmen tot de top. Daar kun jij je op richten. Maar als we die klim beginnen met 450 watt, weet ik dat ik dit niet de hele klim kan volhouden. Dan moet ik teruggaan om te zien wat ik de rest van de klim kan doen. En dan is er nog de ClimbPro functie van Garmin. Dit zorgt ervoor dat wielrenners die trainen en wedstrijden rijden in bergachtig terrein zich beter bewust zijn van hun koers. Zoals de totaal resterende hoogte, afstand en hellingsgraad om je intensiteitsniveau in de gaten te houden. Het toont niet alleen de informatie voor de huidige actieve klim, maar ook voor komende beklimmingen. Dit is geweldig voor klimmers, maar ook een uitkomst voor sprinters. “Het is altijd fijn om tijdens het afzien te weten hoe lang je nog moet afzien. Toen ik nog geen Garmin had en aan het afzien was, raakte ik soms achterop en ontdekte ik vervolgens dat het nog maar 1 kilometer van de top was. Nu weet ik wanneer ik nog maar een paar kilometer van de top verwijderd ben, dus zie ik wat extra af om daar te komen.”
De zoetste overwinning van allemaal
Als jij je afvraagt waarom alle sprinters tot de laatste etappe in de Tour de France willen blijven, wetende dat het moeilijkste deel van een Grand Tour in de laatste week ligt, dan heeft Ewan het antwoord voor je. “Een van de gaafste dingen in het wielrennen is doorrollen naar de Champs-Elysées in Parijs. Het is alsof: Ik heb het gehaald na drie weken afzien, we zijn er eindelijk! Terwijl de klassementsrenners ervan kunnen genieten, begint voor ons sprinters het spel. Daar wil je winnen. Weet je, een etappe winnen in de Tour is waar de meeste renners van dromen, maar de slotetappe op de Champs-Elysées winnen is als nog een stap daarboven. Het is de rit die alle sprinters in hun carrière willen winnen. Ik zou daar graag vaker willen winnen, want de Tour op een hoogtepunt beëindigen is de beste manier”, concludeerde Ewan.
Volg Ewan en de rest van de Garmin rijders tijdens het evenement van dit jaar vanaf 1 juli.